Gema Amusement

Gema Amusement te Delft

Stukje uit Magazine Maart 2004

“Delft is voor ons groot genoeg voor een goede boterham”

Wereldberoemd in Delft, en daar haalt Gema Amusement dan ook de meeste klanten vandaan. Erwin en zijn vader Martin Stoelinga kennen de branche in Delft op hun duimpje. Martin Stoelinga staat op het punt om het bedrijf officieel over te doen aan Erwin, maar zit nog vol verhalen die de liefde voor het vak verraden.

Erwin en Martin Stoelinga

Martin Stoelinga zit inmiddels 37 jaar in het vak. Ooit begon hij bij Hommerson in Den Haag. “Ik heb daar vier of vijf jaar gewerkt. Toen mochten de automaten net in de cafés. Met flippertjes begonnen. Het eerste gokkastje kreeg ik van Hommerson op afbetaling, dat was eigenlijk de start.

Langzamerhand kwam Delft vrij, want daarvoor mochten er alleen maar flippers staan. Het was de tijd van de keuring door de legendarische man van Music Corporation, de ouderen kennen die ongetwijfeld nog. Het was toen veel leuker dan nu, het is erg verhard. Veel zakelijker.

Deze branche is toch voor tachtig procent gunning. Daarom zijn wij in Delft zo sterk vertegenwoordigd.” Zoon Erwin Stoelinga haakt, als exponent van de moderne lichting, in: “We hebben hier in Delft een hele goede naam opgebouwd. De roots liggen hier. We hebben geprobeerd ons in deze stad goed te ontwikkelen, wat we van buiten Delft mee kunnen nemen is meegenomen.

Ja, Delft is in principe groot genoeg voor ons om een goede boterham te kunnen verdienen.” “En we zijn redelijk snel tevreden. Alleen de tendens is veranderd, je neemt nu meer zaken over”, relativeert Martin. “Het is een krimpende markt. dus als je al een of twee klanten per jaar erbij krijgt, doe je het goed.

Het is gewoon heel moeilijk om nog iets voor elkaar te krijgen. Je hebt hier nog heel veel mond-tot-mondreclame. Als hier iets wordt overgenomen, horen wij dat heel snel. In die zin is Delft weer klein genoeg”, is de mening van Erwin. “Je weet wat je koopt en wat je krijgt.”

Avonturen

Gema Amusement BV is volgens Martin Stoelinga nooit echt heel groot geworden omdat hij zich moeilijk op een ding kon concentreren. Zo was hij behalve in de kansspelindustrie actief als manager van diverse bands. Ook was er een avontuur in Tsjechië, al vlak na de opening van het IJzeren Gordijn.

“Ik ben echt iemand van dan weer dit en dan weer dat. Als ik me vanaf het begin volledig had beziggehouden met alleen de automaten. waren we wel groot geweest. Maar ik ben altijd redelijk snel tevreden en hoef niet zonodig te wedijveren met anderen.

In Tsjechië was ik een van de eerste Nederlandse exploitanten en had ik een eigen automatenhal. Ik zat er al sinds ’67, dus ik had een redelijke kennissenkring. Andere bedrijven hebben het slim aangepakt, die hebben er mensen heen gebracht om contact te houden. Dat heb ik niet gedaan en dat is misschien wel mijn fout geweest.

Ik had een paar mensen uit Holland daar moeten stationeren. Mijn kennissen in Tsjechië uit die tijd hebben nu een goed lopend bedrijf, wonen in hele grote huizen en rijden in grote auto’s.” Een gulle lach gaat over de tafel en dat geeft weer hoe Martin Stoelinga er tegenover staat. Zelf beperkt hij de contacten met Tsjechië tot import van sportkleding.

“Het was gewoon lastig communiceren. Er kwam ineens veel geld binnen, het was daar een heel nieuwe materie. En dan worden ze inhalig.” Momenteel begeven velen in de branche zich opnieuw in de richting van het oosten, maar Martin Stoelinga houdt zijn twijfels. “Het is heel lastig. Je trekt een ander soort publiek aan, in die landen heeft de branche een veel slechter imago dan in Nederland.”

Andere tijden

Erwin kwam ongeveer vijftien jaar geleden in het bedrijf en gaat de dingen wat meer naar zijn hand zetten. “De tijden zijn veranderd. Mijn vader zegt wel eens dat hij het anders zou doen, maar zo werkt het tegenwoordig niet meer. Vroeger was het zo dat je je omzet gewoon op een briefje zette en dan was dat in orde.

Lekker klussen aan de gokkast

Tegenwoordig moet je teller registraties bijhouden, van overheidswege is er veel veranderd. Je moet veel meer doen dan alleen een automaat neerzetten. Er is veel veranderd, maar het hoofddoel blijft de speelautomaat.”

Martin: “Ik heb nog vier klantjes die ik afreken. Daar maak ik een feestdag van. Lekker kaarten, biertje drinken. En de mensen kijken er ook naar uit. Daarom laat ik het ook niet zo heel erg snel los. Ik begrijp donders goed dat Erwin het anders zou doen, ik zie hem niet overal een kaartje leggen.”

Erwin: “Het is natuurlijk moeilijk. Als ik het bij alle andere klanten ook zou doen, dan kom ik tijd tekort.” Gekscherend hekelt hij de verhalen van zijn vader over de ‘goede ouwe tijd’, als Martin een anekdote vertelt over een slimme cafébaas. “Dat was in de beginperiode. Tegenwoordig moet het allemaal zwart op wit en dichtgetimmerd zijn. De gekke dingen kom je niet meer tegen, het is allemaal wat zakelijker geworden.”

Gema Automaten exploiteert alles waar vraag naar is: biljarts, videospelen, photoplays, flipperkasten, voetbaltafels, kiddy rides. “Alles waar geld in gaat. Maar de grote wens blijft toch een eigen amusementscenter in Delft. We zijn al ongeveer 32 jaar bezig om een center te krijgen”, vertelt Erwin.

Martin heeft zich op de lokale politiek gestort, maar wendt zijn invloed niet aan om het center van de grond te krijgen. Bij een stemming in de gemeenteraad onthield hij zich van stemming. “Maar het is een vrij conservatieve stad”, is zijn ervaring. “Ik vind dat een amusementscenter ervoor zorgt dat de problemen beheersbaar zijn.

Zoon en Vader Stoelinga

Eén kapitein

Gema is geen bedrijf met twee kapiteins op een schip. Martin houdt zich bezig met ‘zijn vier klantjes en is verder volgens eigen zeggen een ‘papieren tijger’. Erwin: “Als ik niet zeker ben van m’n zaak dan overleg ik dat natuurlijk. In feite doe ik het bedrijf.”

Martin: “Je moet op een gegeven moment ook afstand kunnen nemen. Jonge mensen hebben toch nieuwe ideeën over de branche en ik ben er tevreden over hoe Erwin het doet. Ik vind het leuk dat hij het doet. Natuurlijk zou ik dingen anders doen, dat spreekt voor zich. Maar wat blijft is dat we werken met hele nauwe contacten , dat zorgt voor begrip over en weer.”

Erwin: “Voor de exploitatie zijn we heel afhankelijk van de lokale overheid. Dan ga je om je heen kijken waar het toch mogelijk is om automaten te plaatsen, door bijvoorbeeld een bedrijfsverandering door te voeren. We zijn flexibel en hebben hele nauwe contacten met horeca-ondernemers, dat praat ook veel makkelijker.

Ook als er problemen zijn met de fiscus of geluidsoverlast, dan kunnen wij ook adviseren. We horen meer dan een individuele horeca-ondernemer.”

Professionalisering

Ondanks de ouderwetse behandeling van zijn klanten vindt Martin de professionalisering in de branche een goede zaak. “Alles is veel beter geregeld dan vroeger. Het is prima dat de VAN er is. Het is iets meer een bedrijf geworden, het is niet meer van ‘we doen het wel even. Erwin: “Je ziet dat veel oudere exploitanten die geen opvolging hebben worden overgenomen of krimpen.

De kleine bedrijven hebben het momenteel best lastig. De regels zijn duidelijk, ook van de VAN en dat is een goede zaak. Daarmee wordt het kaf toch van het koren gescheiden.”

Bronvermelding: Automaten Magazine Maart 2004