Gokkasten Archief Verhalen

Lees de Boeiendste verhalen uit Nederlandse Gok Geschiedenis

Pim Hogervorst

Familiebedrijf met Pim Hogervorst.

Stukje uit Magazine September 1993

Haagse Automatenfabriek W. Hogervorst b.v. verhuist naar Leidschedam

pim hogervorst Haagse Automatenfabriek
Pim bij zijn “museum”-automaten

Eerlijkheid, degelijkheid en een goede service. En wat onder vader al “gewoon” was: vakkennis. Dat zijn enkele termen die Pim Hogervorst noemt als we hem vragen naar de sterke kanten van zijn bedrijf, Haagse Automatenfabriek W. Hogervorst b.v.

Maar dat zijn zaken die voor ons zo vanzelfsprekend zijn, daar hoeven we eigenlijk niet eens de nadruk op te leggen’, meent Hogervorst. In elk geval zijn het waarden die al decennia lang gelden bij de Haagse exploitant. En die ook nu, in het nieuwe pand, centraal blijven staan.

In april verhuisde Hogervorst b.v. van het Rijswijkseplein in Den Haag naar Leidschendam, naar de Winkelhaak om precies te zijn. Ruim 35 jaar lang had men in het zelfde pand gewerkt. ‘En dan doet het je toch wel iets als je na zo’n lange tijd je pand gaat verlaten’, zegt Pim Hogervorst. Maar, vertelt hij, nuchter bekeken was het gewoon beter dat er naar een nieuwe huisvesting werd gezocht.

Overigens is de naam Hogervorst al veel langer verbonden met speelautomaten. Vader Hogervorst, instrumentmaker, begon zo’n zestig jaar geleden al met zijn eerste automaatjes uit te zetten en te fabriceren.

Eerste automaten

Hogervorst b.v. is nog steeds een familiebedrijf. Naast directeur Pim Hogervorst werkt ook zijn moeder nog part-time voor het bedrijf en tevens een oom, die full-time aan de zaak verbonden is. Opgeteld met het overige personeel, monteurs, halbeheerder en administratieve krachten komt men dan op acht personen. En dat loopt prima.

‘Het gaat erg goed, we hebben onze vaste klantenkring in Den Haag en omgeving en wat adressen verder in het land’, aldus Hogervorst. En die laatste groep bestaat uit de echte trouwe klanten. Die werden geworven in de jaren dat alles wat naar kansspelautomaten neigde taboe was in Den Haag.

Men moest daarom wel verder in het land proberen de automaten, flippers met name, uit te zetten. De apparaten werden toen nog per bakfiets naar de klanten gebracht. In Den Haag hield men het bij jukeboxen, waarvan de eerste, de Wurlitzer 700, 1015 etc, door vader Hogervorst in 1948 werden geïmporteerd. Op zich was dat ook al een hels karwei.

Vooral moeder was dagelijks in de weer. Plaatjes kopen, sorteren en bij de klanten wisselen. Een zware maar ook wel leuke tijd’. We hebben het dan over de jaren vijftig toen Den Haag “gesloten” was voor zelfs flipperautomaten.

Echter al voor de oorlog was men bij Hogervorst actief in de automaten. Men runde in Den Haag een koffiehuis en de automaatjes, die vader uit Curaçao had meegebracht werden er “bij gedaan”, zoals dat heet. Het was zeker nog niet de hoofdactiviteit. Gaandeweg ging pa Hogervorst zelf automaten maken. ‘Daarin was hij een kei. Maar ook een Pietje Precies.

Het was allemaal heel ingenieus, moest precies kloppen. Als hij bezig was mocht hij niet gestoord worden, klanten liet hij soms wachten. Maar het resultaat was altijd geweldig’. Eigen produkten en import dus. Hogervorst exploiteerde de Millsautomaten, de wandkastjes waarbij een cent zijn weg door een aantal spijkers moest zien te vinden, de kipautomaten, filmautomaten en een ezeltje strekje.

ezeltje strekje
Pim bij Ezeltje Strekje

Het is zomaar een greep uit het aanbod van toen. Heel het gezin werkte hard mee. ‘Later kregen we ook contacten met de kermiswereld waarvoor vader ook het nodige fabriceerde. De Monte-Carlo bumpers bijvoorbeeld. Een soort pinball, waaraan acht mensen tegen elkaar speelden. En de paardenraces.’

Hallen

Hogervorst ging ook, samen met anderen, de eerste “hallen” exploiteren. Men was te vinden in Scheveningen en Zandvoort, maar ook in Den Haag. Op dit moment beheert men nog een mooie hal in attractiepark Drievliet.

In de jaren vijftig werden de flippers en bingo’s geïmporteerd en verkocht aan exploitanten, later kwamen de Lunars. Dat gebeurde dan wel allemaal buiten Den Haag. ‘Ook al mochten we in Den Haag enkel jukeboxen exploiteren, we hadden wel de grootste hits als eerste. Via via konden we die inkopen nog voordat ze in Nederland bekend werden’, vertelt Pim Hogervorst.

Toen Den Haag eindelijk “open” ging stortte de handel zich massaal op de vrijgekomen stad. ‘Het werd een enorme wedloop. Maar we hadden toch een behoorlijk aantal klanten. Uiteindelijk kwamen de elektronische apparaten, de Super Stars waren de eerste’.

Een onzekere periode leek voorbij te zijn. Hogervorst; ‘Het zaken doen ging vanaf toen wat rustiger. Ook al had je toen de nodige spannende ontwikkelingen. Wat ik wel goed vond is dat de groei naar zwaardere machines werd teruggedraaid. Terug naar de twintig-machines, dat was een goede zaak’.

na oorlogse hal met toegangsregeling
Na-oorlogse hal met toegangsregeling

Goed beleid

En dan de tegenwoordige tijd. Opnieuw dreigen er donkere wolken boven de branche samen te pakken. Hogervorst daarover: “Ik vind dat je daar niet te somber en krampachtig over moet doen. Desnoods moeten we met minder automaten verder gaan, als we daar het probleem rond de gokverslaving mee kunnen beheersen’. De manier waarop de VAN op de ontwikkelingen ingaat heeft Hogervorst’s waardering. ‘Ze doen het goed, onze branche wordt door de VAN prima vertegenwoordigd en verdedigd’.

Hogervorst omschrijft zijn bedrijf als ‘middelgroot, met een prima werksfeer’. Het nieuwe pand heeft, met haar ruimte en betere parkeergelegenheid, die sfeer verder verbeterd. En hoewel nog sterk betrokken bij zijn werk geeft het Hogervorst wat meer mogelijkheid om zich te storten op zijn passie: de Dixielandmuziek. Hij speelt bij All That Jazz, voorheen de Ted Easton Band, en is regelmatig te vinden bij jazz-evenementen.

Hij maakte ook deel uit van de oorspronkelijke Ted Easton Band. In die tijd maakte hij ook talloze lp’s met alle grote namen uit de jazzwereld, zoals Nat Conella. Binnenkort wordt er een cd opgenomen met de Reunion Jazzband, een orkest bestaande uit ex-leden van de Dutch Swing College, een band waarvan hij ook deel uitmaakte. Voor Hogervorst vormt de muziek een prima uitlaatklep voor zijn werk in zijn bedrijf waar eveneens nog steeds (swingende) muziek in zit.

Bronvermelding: Automaten Magazine September 1993