Gokkasten Archief Verhalen

Lees de Boeiendste verhalen uit Nederlandse Gok Geschiedenis

City Amusement

Ergens in Nederland, City Amusement Rob van Wouw

Stukje uit Automaten Magazine Oktober 2004

Kleine Exploitanten zoals ik overleven het wel

City Amusement is gevestigd in Den Haag en dateert uit de tijd dat de branche, volgens directeur en enige persoonslid Rob van Wouw, nog gezellig was. Terug in de tijd is niet mogelijk, maar machines uit die tijd, met meer spel dan gok, daar wil Rob nog wel eens over praten.

rob van wouw
Rob van Wouw

En dus ging Automaten Magazine naar het hartje van Den Haag.

City Amusement in Den Haag is sinds 1975 altijd een eenmansbedrijf geweest. Rob van Wouw zette zijn bedrijfje op met een vrolijke blik op de toekomst. “Ja, toen keek je anders naar de toekomst. Nu kan ik eigenlijk alleen maar terugkijken. De sfeer was toen anders. Leuk, gezellig, speels.”

Zoals zovelen begon de carrière van Rob van Wouw in de amusementsbranche in het café. “In ’72 was ik een café begonnen en daar moesten automaten in. Het belangrijkste was voor mij een flipperkast. Martin Stoelinga, bekend in Delft, deed in automaten en via hem ben ik er eigenlijk ingerold. Er kwam een tweede café, een derde café en zo is het gegroeid. Het was een tijd van lang leve de lol. We hadden allemaal weinig, ik had misschien twee automaten uitstaan. Het geld was minder belangrijk en we hielpen elkaar. Menselijke dingen vond ik toen ook al belangrijker. Misschien is dat de reden dat ik altijd klein ben gebleven.”

Alleen blijven

rob van wouw met treintjes
Groot treintjes liefhebber

Ondanks de bescheiden omvang van City Amusement groeide het bedrijf en bereikte het een top. “Op een gegeven moment kun je niet meer werk aan. Maar ik heb ervoor gekozen om alleen te blijven en geen personeel in dienst te nemen. En eigenlijk zijn de automaten voor mij altijd een bijzaak geweest.

In principe is dat nu nog zo. Naar de toekomst toe was de handel altijd onzeker, je wist nooit waar je aan toe was. Dat geldt nu ook. Volgend jaar wordt de wet op de kansspelen herzien. Je weet niet of het beter of slechter wordt. Het is moeilijk om ontwikkelingen te voorspellen.”

Rob van Wouw is van mening dat de exploitatie van kansspelautomaten in de horeca is gebaat bij een groter spelelement in de machines. “Veel van mijn klanten vragen naar machines met veel spelelement. Juist in de horeca komen spelers die echt op een kast willen spelen. Het gaat bij hen echt om het amusement.

Ik denk ook dat de exploitatie gebaat zou zijn bij machines die meer kleinere prijzen uitkeren. Het is waar, mensen zijn minder snel tevreden dan vroeger en de hoofdprijzen in de Staatsloterij worden ook steeds hoger.

Maar echt, mijn ervaring is dat mensen in een café meer willen spelen. Zo’n flipperkast moet toch ook gewoon weer kunnen? Ja, veel storing en mechaniek. Maar met de hedendaagse technologie moet het toch kunnen?”, stelt Rob een retorische vraag. Op de manier zoals hij het voorstelt, krijgen mensen weer als vanouds een soort binding met de machine.

“We moeten terug naar het spel, kleine bedragen. Dan bereiken we een groot publiek en op termijn doen we het dan beter. We zouden eigenlijk opnieuw moeten beginnen, er is zat te verzinnen. Op een of andere manier zou het moeten kunnen.”

rob van wouw met monopoly van maygay
Met Monopoly van Maygay

Chocomel

Enerzijds geeft Rob van Wouw de overheid gelijk, met de Nijpels-maatregelen die de speler bewuster laten spelen. Anderzijds is ook bij City Amusement onbegrip voor het handelen van de overheid. De regels voor hoog- en laagdrempelige horeca zijn zelf in te vullen door gemeenten.

“Wie dat verzonnen heeft… Een café mag speelautomaten. Een restaurant mag speelautomaten. Een café dat eten verkoopt, mag geen speelautomaten. Ik kan het niemand duidelijk maken. Een klant van mij werd laagdrempelig genoemd. Na veel gezeur bleek na twee jaar dat dat was vanwege het chocomel-bordje op de gevel. Vier schroeven, bordje weg en de zaak was hoogdrempelig.”

Zonder meer veroorzaakte de maatregel een moeilijke tijd voor City Amusement. “In de praktijk was het niet waar dat de jeugd op de kasten speelde in snackbars. De jeugd had en heeft wel iets beters te doen. Als je het nuchter bekijkt zal een speelautomaat een uitstervend ras zijn, omdat de jeugd er niet meer mee opgroeit.”

Twee petten

De belangen tussen de verschillende secties van de VAN zijn volgens Rob van Wouw te uiteenlopend. Daardoor wordt het lastig om duidelijk te zijn naar alle leden. “Iemand met een speelhal heeft natuurlijk heel andere belangen als iemand met wat kasten in de horeca.

rob van wouw met popeye gokkast en reel magic
Rob van Wouw met Popeye gokkast, Reel magic en meer

De VAN heeft twee petten op. Misschien moeten er subafdelingen komen met een overkoepelend iets. Je kan de belangen wel bundelen, maar je zult daaronder subverenigingen moeten hebben.” City Amusement is al lang lid van de VAN. Organisatie is zonder meer goed. Waar aan gewerkt kan worden is verbetering van het imago.

“Het is toch vreemd. Ik zit nu dertig jaar in de automaten en nog altijd worden wij door de buitenwereld gezien als criminelen. Hoe dat beeld ontstaan is? Zeg het maar. Er valt zeker iets te verbeteren.”

Overleven

Bang voor zijn eigen hachie is Rob van Wouw allerminst. De klanten die hij heeft, heeft hij al jaren. Hij werkt nog volgens het aloude principe van vertrouwen en kent al zijn klanten persoonlijk. “Ik denk ook wel dat de kleine exploitanten, zoals ik, blijven bestaan.

Er zijn veel mensen die prijs stellen op een persoonlijk contact en ik kan dat geven. Die grote jongens overleven ook wel. Het is juist de middelmaat die het, volgens mij, moeilijk heeft. Maar ik red het wel. Ik exploiteer nog wat cafés en die automaten, ach, dat loopt ook wel los.”

Bronvermelding: Automaten Magazine Oktober 2004