Van Zuylen
Hans van Zuylen over zijn bedrijf.
Stukje uit Magazine Februari 1993
Hans van Zuylen doet een stapje terug na 35 Jaar.
Hans van Zuylen
In januari doet Hans van Zuylen een flinke stap terug, zoals hij het zelf noemt. Dochter Henriëtte, al geruime tijd actief in het bedrijf, zal dan de leiding van Van Zuylen Automaten gaan overnemen. In de bedrijfsvoering zal in grote lijnen weinig veranderen, wel zijn er verschillen tussen vader en dochter. “Henriëtte heeft net als ik uitgesproken ideeën over rechtvaardigheid. Maar ze handelt nuchterder, wat minder emotioneel”. Want dat laatste is Van Zuylen senior zeker wel. Dat geldt voor zijn eigen bedrijf, maar ook als het gaat over de branche of de VAN. “Dat imago, dat ligt aan onszelf, wij zullen dat helemaal zelf moeten bepalen”, zegt Hans van Zuylen die het na 35 jaar rustiger aan gaat doen.
Henriëtte van Zuylen
Het zag er 35 jaar geleden niet naar uit dat Brabander Van Zuylen in Rotterdam zijn bedrijf in speelautomaten zou gaan runnen. “Ik was bakker en de bedoeling was dat ik in Rotterdam een bakkerij over zou nemen”, vertelt Van Zuylen, terugkijkend. “Een kennis van me, Wouter van Rumpt, importeerde jukeboxen en met hem ging ik een compagnonschap aan”. De bakkerij werd wel aangehouden, Van Zuylen combineerde die zaak met zijn jukeboxen en speelautomaten. In 1961 ging Van Zuylen ook voor zichzelf verder en al snel waren er zeven vertegenwoordigers voor hem ‘op de baan’.
Hendelmachines
De zaken gingen goed. Toen Rotterdam in 1972 de kansspelautomaten vrij gaf, introduceerde Van Zuylen zijn hendelmachines. “Via een Belgische collega ben ik met die machines begonnen. Op basis van onze eigen techniek maakten we daarna onze eigen, elektronische spelletjes. Alleen het puur mechanische is gebleven”.
In de jaren zeventig exploiteerde Hans van Zuylen zijn Constellation en later de Top Score. De machines waren erg populair totdat geleidelijk aan de uprights terrein gingen winnen. Van Zuylen heeft nu nog steeds ‘ouderwetse’ hendelmachine uitstaan.
Stabiliteit
Naast zijn werk in de automatenbranche had Van Zuylen ook de nodige nevenactiviteiten. Hij beheert een aantal horeca-ondernemingen en importeerde houtsnijwerk uit Taiwan. Maar de beste zet was, vindt hij zelf, de opening van zijn amusementshal in Rotterdam. Ook onder de eigen naam Van Zuylen. “Die hal was en is het grootste succes. Zorgt ook voor rust en stabiliteit in het bedrijf.
Overigens, als het aan mij had gelegen stond die hal er al veel eerder”. Maar de gemeente Rotterdam dacht daar anders over. Hoewel zijn contacten met de lokale overheid redelijk waren en nog zijn, werd zijn verzoek om een hal te mogen beginnen afgewezen. Dat was in 1962. Uiteindelijk kwam de hal er toch.
Vanaf 1986 werden de amusementshallen toegelaten en twee jaar later opende Van Zuylen zijn speelgelegenheid op de Katshoek. Echter, hij was niet de eerste. Een collega-bedrijf was hem voorgegaan. En inmiddels zitten ze met z’n drieën vlak bij elkaar. Geen gelukkige situatie. Van Zuylen: “Nee, en dat neem ik de gemeente ook kwalijk. Dit is geen ideale toestand. Ik moet daar wel bij zeggen dat ik geen problemen heb met de andere hallen, wel voel ik me door de gemeente benadeeld”.
Van Zuylen heeft de kleinste hal van de drie, maar die oogt niet minder mooi. “Een hal moet er goed verzorgd, fris en open uitzien, dat is heel belangrijk voor onze branche”. Er staan 58 automaten in de hal, waaronder 26 oorspronkelijke hendelmachines. Van de elf medewerkers die het bedrijf nu telt zijn er vijf werkzaam in de hal.
Imago
Over het imago van de branche heeft Van Zuylen zijn eigen ideeën. “Ik kom misschien wel eigenwijs over, maar ik probeer wel altijd recht door zee te gaan. Het is geen geheim dat ik het soms oneens ben met wat de VAN doet. Als wij naar buiten toe goed over willen komen dan moeten we dat afdwingen. Dan moeten we ook de hand in eigen boezem steken. Wij zijn de eerste die iets aan dat imago kunnen doen”.
Van Zuylen zegt nog steeds dezelfde ideeën te hebben als in de beginjaren toen hij met collega’s Klismann en Van Gentervoort de VAR oprichtte, de Rotterdamse voorloper van de VAN. “Omdat ik dat imago altijd zo belangrijk heb gevonden en de noodzaak van samenwerking inzag. Wat mij betreft zou je je als VAN nog actiever moeten opstellen. Ik zag ook liever dat een automatenfabrikant of een exploitant gewoon niet om onze vereniging heen kon. Dat je, als je in automaten handelt, meteen lid bent van de VAN. Dat geldt dan bijvoorbeeld ook voor een kastelein die automaten in zijn zaak heeft staan”. De VAN als bedrijfsorganisatie, wat Van Zuylen betreft. Op die wijze sta je sterker naar de buitenwereld toe en krijgt de illegaal ook geen kans, meent hij.
Naast de verbetering van het imago kun je dan ook zaken als de gokverslaving aanpakken. “Ik vind niet dat wij ons moeten schamen voor ons werk. Als je gewoon volgens de regels werkt hoeft dat nu eenmaal niet. Maar een aantal, en dan vooral zij die het niet nodig vinden om lid te zijn van de VAN, verpest het voor de rest. Zij denken alleen aan zoveel mogelijk geld binnenhalen. Daar kan de gehele branche dan onder lijden”. Van Zuylen vindt ook dat machines met een groter risico geleidelijk aan moeten verdwijnen en dat ieder VAN- lid meebetaalt aan de bestrijding van gokverslaving. Toch vindt hij het onterecht dat de gehele branche in de discussie rond de gokverslaving als zondebok wordt aangewezen. “Als ik de hele dag lazarus ben houdt dat toch niet vanzelf in dat meneer Heineken niet deugt? Maar ik vind wel dat onze vereniging dat duidelijker uit moet dragen”.
De VAN min of meer omturnen tot een bedrijfsorganisatie zou daartoe een stap vooruit zijn, meent hij. “Als organisatie zou je dan bijvoorbeeld zitting kunnen nemen in een Raad voor Kansspelen waar al die heikele kwesties aan de orde komen en waar je op gelijkwaardige wijze met elkaar omgaat. Ook de niet-leden kunnen dan niet meer om ons heen”.
Toekomst
Hans van Zuylen heeft, hij geeft het zelf ook aan, de nodige ideeën om als branche versterkt uit de huidige moeilijke situatie te komen. De toekomst ziet hij met vertrouwen tegemoet. Ook al gaat het soms met horten en stoten. “Zo’n convenant, dat lijkt allemaal wel aardig. Maar het is niet meer dan de minst kwade van alle mogelijkheden. Met de VAN ben ik van mening dat er een algemene regel moet komen. Bovendien heb ik zo mijn twijfels over de afspraken in een convenant. Ik vraag me af of je al die voorwaarden wel kunt garanderen. Die toegestane speeltijd bijvoorbeeld, hoe ga je dat controleren. De leeftijdslimiet is wel wat duidelijker. Maar persoonlijk zou ik voor wat strengere maatregelen en sancties zijn.
Ik vind ook dat je dat als branche zelf moet opknappen en het niet alleen aan de gemeente moet over laten. Als er klachten. komen over een exploitant of horeca-ondernemer dan moet je dat gaan bekijken.
Uiteindelijk zou je iemand die zich niet aan de regels houdt besmet moeten verklaren. Ik geloof dat je op dat gebied veel zelf kunt doen”. Van Zuylen geeft hoogste prioriteit aan goede relaties met de lokale overheden. “Laat zien dat je de zaken onder controle hebt, dat je de regels in acht neemt, dat je een normaal bedrijf runt. Goede verhoudingen met de gemeente zijn van levensbelang; ik merk dat in Rotterdam, waar we redelijk goed met de diverse gemeentelijke instanties overweg kunnen.
Mevrouw van Zuylen
Ook al zijn er soms meningsverschillen, er wordt op een normale manier met elkaar gesproken”. Wat zijn eigen bedrijf betreft, Hans van Zuylen heeft gekozen voor een flinke stap terug. Met vertrouwen geeft hij de leiding over aan dochter Henriëtte. Voor Van Zuylen betekent dit in elk geval dat de zaken voortaan centraal vanuit Rotterdam worden geregeld. Het kantoor aan huis, in de sfeervolle woning in Den Dungen gaat dus verdwijnen. Hans hoopt dat zijn vrouw de vele tijd die ze tot nu toe in de zaak stak, op andere fijne manieren kan vullen. Of Hans van Zuylen zelf echt helemaal uit de branche verdwijnt is nog maar de vraag. Hij heeft in elk geval nog ideeën genoeg voor die branche en voor een beter imago.
Bronvermelding: Automaten Magazine Februari 1993